Naast de nucleaire dreiging van de lekkende kerncentrale in Fukushima schuilt er nog een risico voor de gezondheid: de reukloze en onzichtbare dreiging van asbest.
Onderzoekers hebben de kankerveroorzakende asbestvezels getraceerd in de lucht en het puin rondom de centrale. De niveaus in de lucht blijven nu nog binnen de Japanse veiligheidsnormen maar zullen naar verwachting aanzienlijk toenemen wanneer de opruimwerkzaamheden met kranen en ander zwaar materieel echt van start gaan.
Asbest was niet een grote zorg direct na de tsunami op 11 maart, toen was het puin nat en verregend. Maar dat puin wordt nu weggesleept en losgeschud waardoor de kankerverwekkende asbestvezels vrij spel krijgen. Ondertussen bewegen werknemers, vrijwilligers en bewoners zich vrij rond tussen het puin. Sommige dragen maskers, anderen niet, ondanks de pluimen van stof die omhoog schieten elke keer als een reusachtige stalen klauw een lading puin grijpt. Op winderige dagen zorgt het stof voor stekende ogen en een zere keel. "Er zijn veel mensen teruggegaan om in het puin te zoeken naar waardevolle spullen en foto's en dragen geen enkele bescherming", vertelde een woordvoerder.
Zowel Japan als de VS - twee van de grootste asbestconsumenten van de 20ste eeuw - zijn al eerder met dit probleem geconfronteerd. De US EPA werd bekritiseerd voor haar toezicht op asbestvervuiling in de nasleep van orkaan Katrina en reddingsteams werkten in het puin van het World Trade Center na de aanslagen van 11 september.
Japan trof hetzelfde na de aardbeving van Kobe in 1995. De regering ruimde toen 170.000 beschadigde gebouwen op maar nam geen maatregelen om de verspreiding van stof te beperken of de handhaving van het gebruik van beschermende maskers en er werd in het geheel niet op asbest gecontroleerd.
Het Japanse ministerie van Volksgezondheid zei onlangs dat er inmiddels pamfletten zijn uitgedeeld met veiligheidsrichtlijnen en zijn er 90.000 maskers gedistribueerd in de zwaarst getroffen districten.
Bron: Fukushima.org
