LEZEN online-EDITIE vakblad Asbestmagazine

Lees hier de online-editie van vakblad Asbestmagazine

Zoeken

U kunt ons ook volgen via:

  • Twitter
  • Facebook
  • LinkedIn

Rapport ‘Erosie van asbestdaken’ openbaar

Rapport ‘Erosie van asbestdaken’ openbaar

In opdracht van de provincies Overijssel en Gelderland hebben Geofox-Lexmond bv en Eelerwoude bv, als onafhankelijke adviesbureaus, een bijzonder inventariserend onderzoek uitgevoerd naar de erosie van asbesthoudende daken.

Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in het vóórkomen van respirabele asbestvezels (aard en omvang) aan en in het (onverharde) maaiveld, ter plaatse van de afwateringszone van dakgootloze asbesthoudende daken.

Voorafgaand aan het onderzoek zijn twee onderzoekshypotheses geformuleerd:
1) De bodem van de afwateringszone van dakgootloze asbestdaken is belast met asbesthoudend materiaal en/of respirabele vezels;
2) De omvang van deze belasting is in ruimtelijke zin beperkt.

Onderzoeksopzet
In totaal zijn de daken en afwateringszones op 20 locaties (tien per provincie) onderzocht.

Resultaten - Mate van belasting
Op alle 20 locaties is visueel geen, maar analytisch wel asbest in de bodem van de afwateringszone aangetroffen:
- Op 45% van de locaties wordt de interventiewaarde (100 mg/kg d.s. gewogen) uit de Wet bodembescherming overschreden;
- Op 45% van de locaties zijn hoeveelheden vezels aangetroffen die het criterium van 10 mg/kg d.s (gewogen) overschrijden;
- Bij 65% van de locaties wordt de Interventiewaarde en/of het toetsingscriterium voor spoedeisendheid overschreden.

Naast monsters van de afwateringszone zijn tevens materiaalmonsters van de daken verzameld. Analytisch blijken de aangetoonde asbestmineraaltypen vergelijkbaar met de vezels die worden aangetroffen in de bodem van de afwateringszone.
De kleefmonsters van de daken geven op een enkele uitzondering na allemaal het resultaat ++, hetgeen betekent dat vezels vrij kunnen komen uit de (verweerde) daken.

Resultaten - Omvang van de belasting
Op basis van de resultaten zijn een aantal extra grondmonsters onderzocht van de laag van 5 tot 10 cm van raai 1 en tevens van de toplaag (bovenste 2 cm) van raai 3. Hoewel op individuele locaties het patroon enigszins afwijkt lijkt de belasting met asbest zich te beperken tot een zone van circa 1 meter breed en 10 cm diep.

Conclusie en aanbevelingen
Geconcludeerd wordt dat beide onderzoekshypothesen worden bevestigd. Op basis van de bevindingen en redenerend vanuit de actuele wettelijke kaders indiceren de resultaten dat, bij een grove landelijke extrapolatie, tienduizenden locaties aanvullende acties behoeven. Acties kunnen zich dan richten op het bevestigen dan wel wegnemen van de asbestverdenking, alsmede op het elimineren van eventuele humane risico’s van de respirabele fractie.

Het rapport sluit af met diverse aanbevelingen ten aanzien van onderzoek (o.a. gericht op gerelateerde humane risico’s), beleid (hoe om te gaan met de implicaties voor diverse wettelijke kaders, en activiteiten die van hieruit reeds hebben plaatsgevonden), alsmede voor keteninzicht en communicatie. Naast uitdagingen voor de opdrachtgevers (provincies) liggen hier ook verantwoordelijkheden voor het rijk, de gemeenten en de eigenaren van vastgoed met asbestdaken. Enkele van deze aanbevelingen zijn:
- De afwateringszones onder asbestdaken als asbestverdacht aan te merken bij bodemonderzoeken, asbestinventarisaties en asbestsaneringen;
- Aanvullende procedures op te stellen bij de sanering van asbestdaken (bijvoorbeeld bij de door de provincies gestimuleerde regelingen);
- Onderzoek te verrichten naar de vezelroute en de dientengevolge optredende milieubelasting en humane risico’s van asbestdaken binnen de betreffende stalruimten (inpandig, als gevolg van extra erosie door o.m. ammoniakgassen);
- Onderzoek te verrichten naar de humane risico’s van asbesthoudende afwateringszones. Een en ander in nauw overleg met betrokkenen van bijvoorbeeld de GGD’s;
- Mogelijkheden te onderzoeken om het saneren van zowel asbestdaken als de verontreinigde afwateringszone te stimuleren;
- Met het oog op de publieke beleving van asbest en asbestrisico’s, het in overleg met GGD’s, communicatiedeskundigen en eventueel de omgevingsdiensten opstellen van een communicatie en informatie strategie naar burger, gemeenten, advies- en onderzoeksbureaus en anderszins betrokkenen.

Wilt u het rapport inlezen dan kunt het hier downloaden: Erosie van asbestdaken

 

donderdag 5 maart 2015  |  1 reactiespermalink

Reacties

Ik lees in dit stuk niets over het vraagstuk: Waar gaat de enorme massa te saneren asbesthoudend materiaal heen? (Stortplaatsen zouden al overvol zijn, in Nederland is er (nog) geen vergunninghoudend en technisch uitvoerend asbest denatureringsinstallatie (..) en exporteren van asbesthoudend materiaal is wettelijk niet toegestaan. HOE zal dat gaan? Wie dat weet mag het publiekelijk bekend maken. Het gaat toch zeker niet weer op uitstel aankomen, dat is met de asbestproblematiek intussen een slechte gewoonte gebleken. Ook de Nederlandse overheid weet dat ook maar kondigen wel de wet af dat in 2024 deze gezondheidsbedreiging de nek moet worden omgedraaid. DAT het moet gebeuren staat vast, liever nog gisteren! Maar NU moet er een werkelijk dichtgetimmerd plan komen EN ook nog werkelijk worden uitgevoerd.

reactie door Jan van zelm  |  donderdag 14 mei 2015 @ 08:34 uur

Reactie plaatsen

Bevestigingscode